- Industrieconcern VDL heeft vorig jaar 30 procent minder omzet en 20 procent minder winst geboekt, ten opzichte van het recordjaar in 2023.
- Het concern had onder meer last van de sluiting van zijn autofabriek in Born in Limburg, materiaaltekorten en uitgestelde leveringen van bussen.
- Het ministerie van Defensie meldde eerder dat in Born defensiebedrijven moeten komen voor onder meer de productie van militaire drones en voertuigen.
- Lees ook: Nederland en Oekraïne gaan samen voor €400 miljoen drones ontwikkelen, zegt defensieminister Brekelmans
Industrieconcern VDL heeft vorig jaar minder omzet en winst geboekt. Het concern had onder meer last van de sluiting van zijn autofabriek in Born in Limburg, materiaaltekorten en uitgestelde leveringen van bussen.
Door de problemen is de omzet van VDL in 2024 ruim 30 procent gedaald naar bijna 4,3 miljard euro. In 2023 bereikte de omzet nog een record, aldus het concern. VDL hield een nettowinst over van 66 miljoen euro, dat is bijna 20 procent minder dan in het jaar daarvoor.
De problemen hebben een “forse impact” op de jaarresultaten, zegt Willem van der Leegte, president-directeur van de VDL Groep. Wel herstelde het resultaat in de tweede helft van het jaar na een “zwak” eerste halfjaar volgens het bedrijf. VDL verwacht dat de omzet dit jaar gelijk blijft aan vorig jaar, maar dat de winst wel verder herstelt.
In de fabriek in Born werden eerder Mini’s gemaakt voor BMW, maar de Duitse autofabrikant had het contract voor de productie opgezegd. VDL had daarna moeite om een nieuwe grote klant te vinden.
De overname van de failliete Belgische bussenbouwer Van Hool vorig jaar was volgens Van der Leegte een van de grootste overnames voor VDL ooit. Hij zegt dat daardoor zo'n 1600 banen zijn gered. Ook versterkt de overname de positie van VDL als bussenproducent doordat het concern daarmee toegang krijgt tot de Noord-Amerikaanse markt en een moderne bussenfabriek in Noord-Macedonië.
Fabriek in Born gaat omschakelen naar productie van drones en militaire voertuigen
Dit jaar wil VDL nieuwe bedrijvigheid aantrekken en van de fabriek in Born een "duurzame, autonome productielocatie voor de nationale en Europese hoogwaardige maakindustrie" maken.
In de oude autofabriek van VDL Nedcar in het Limburgse Born moeten defensiebedrijven worden gevestigd. Daarover zijn het ministerie van Defensie en industrieconcern VDL het eens geworden, maakte het ministerie vrijdag bekend.
Welke bedrijven dat zijn en wat ze precies gaan maken, is volgens een woordvoerder van het concern nog niet bekend. Daarover lopen nog gesprekken, zegt hij.
In de enorme productiefaciliteit moeten meerdere bedrijven komen, waaronder voor de productie van militaire drones en voertuigen. Defensie neemt een deel van de kosten op zich zoals de huur. "Dit wordt een vlaggenschip van de vernieuwde samenwerking tussen Defensie en bedrijven", aldus het ministerie.
"Door deze samenwerking is extra militaire productiecapaciteit te realiseren in Nederland. Zo worden we minder afhankelijk van landen buiten Europa. Investeren in onze Europese en nationale defensie-industrie is cruciaal", aldus minister Ruben Brekelmans (Defensie).
Zijn departement is al langer in gesprek met VDL over de fabriek. "Zowel VDL als Defensie is gemotiveerd om te onderzoeken op welke wijze deze locatie ingezet kan worden om bij te dragen aan productie-initiatieven", schreef het ministerie vorig jaar april aan de Kamer.
VDL Nedcar maakte de afgelopen jaren Mini's voor autofabrikant BMW. Begin vorig jaar rolde de laatste auto uit de fabriek. Door de sluiting verloren meer dan vierduizend mensen hun baan. Er werden sinds 1967 auto's geproduceerd in Born.
Hoeveel werknemers VDL nodig heeft voor de nieuwe productie is volgens een woordvoerder van het bedrijf nog niet bekend. "Als het nodig is, werven wij medewerkers", zegt hij.
In Europa wordt veel meer uitgegeven aan defensie sinds de aanval van Rusland drie jaar geleden op buurland Oekraïne. De oorlog maakte duidelijk dat de wapenindustrie in Europa te klein is en de afhankelijkheid van producenten elders te groot.
Door de komst van Donald Trump als president van de Verenigde Staten is de urgentie om de Europese defensie-industrie te versterken verder gegroeid. Trump wil dat Europa zelf verantwoordelijk wordt voor zijn veiligheid. Hij dreigt NAVO-landen die onvoldoende uitgeven aan defensie in nood niet te helpen.
De Europese Commissie maakte onlangs bekend de komende vier jaar 800 miljard euro te willen vrijmaken voor versterking van de defensie. Dat geld moet er komen door Europese leningen en het laten vieren van de Europese begrotingsregels.